Nederlands | Hulp | Aanmelden | Feedback geven

Hoe zou je je ervaring met deze pagina beoordelen?

Ga naar onsHulp-centrum voor informatie over veelvoorkomende problemen

Hartelijk dank voor je feedback.

Hulp-onderwerpen

Contact

Heb je feedback? Kun je je antwoord niet vinden op de Hulp-pagina's?

Contact

Je boek samenstellen - Een paperbackmanuscript opmaken (Pages voor Mac)

In deze stapsgewijze handleiding laten we je zien hoe je een paperbackmanuscript opmaakt in Pages (versie 7.3) voor Mac.

Pages voor iCloud heeft mogelijk minder functies. Ga voor meer informatie over de verschillen naar Pages-ondersteuning.

Raadpleeg onze aparte handleidingen voor het opmaken van een paperback in Microsoft Word voor Mac en Microsoft Word voor Windows. Je kunt ook ons Kindle Create-programma proberen om de inhoud van je paperback op te maken.




Stap 1

Paginaformaat en de marges instellen

Voor boeken zonder overloop naar marges

  1. Klik in het hoofdmenu op Bestand en Pagina-instelling... Hiermee wordt een dialoogvenster geopend. Klik op Papierformaat en kies Aangepaste formaten beheren... onder aan de lijst.

  2. Klik op de knop + om een formaat te maken. Geef het formaat een naam en voer bij de velden Breedte en Hoogte het afdrukformaat van je boek in. Stel de marges in op 0.

  3. Klik in de zijbalk van het document bovenaan op het tabblad Document.

  4. Zorg ervoor dat het aangepaste formaat is geselecteerd onder Printer en papierformaat. Als dat niet het geval is, klik je op het vervolgkeuzemenu en zoek je het formaat onderaan.

  5. Kies een Paginastand (staand of liggend). Je kunt slechts één paginastand voor je document gebruiken. Pages ondersteunt geen combinatie van staande en liggende pagina's in hetzelfde document.

  6. Ga in hetzelfde paneel naar de sectie Documentmarges en kies Aangrenzende-paginaweergave.

  7. Gebruik de margetabel om de marges aan te geven op basis van het aantal pagina's.

  8. Voer je marges voor Boven, Onder, Binnen en Buiten in op basis van het aantal pagina's van je boek. (We hebben 0,38 inch gebruikt voor onze buitenmarge voor een professionele look.) Stel Boven en Onder in op 1 inch.

Tip: als het aantal pagina's verandert, ga je terug en controleer je de binnenmarge omdat deze mogelijk ook moeten worden gewijzigd.


Voor boeken met overloop naar marges

  1. Klik in het hoofdmenu op Bestand en Pagina-instelling... Hiermee wordt een dialoogvenster geopend. Klik op Papierformaat en kies Aangepaste formaten beheren... onder aan de lijst.

  2. Klik op de knop + om een formaat te maken. Geef het formaat een naam en voer bij de velden Breedte en Hoogte het afdrukformaat van je boek in (inclusief overloop naar marges). Voeg 3,2 mm (0,125 inch) toe aan de breedte en 6,4 mm (0,25 inch) aan de hoogte. Als je afdrukformaat bijvoorbeeld 15,24 x 22,86 cm (6 x 9 inch) is, stel je het paginaformaat in op 15,54 x 23,46 cm (6,125 x 9,25 inch). Pages kan 3 mm (0,125 inch) bijstellen naar 3,3 mm (0,13 inch). Dit is prima. Stel de marges in op 0.

  3. Klik in de zijbalk van het document bovenaan op het tabblad Document.

  4. Zorg ervoor dat het aangepaste formaat is geselecteerd onder Printer en papierformaat. Als dat niet het geval is, klik je op het vervolgkeuzemenu en zoek je het formaat onderaan.

  5. Kies een Paginastand (staand of liggend). Je kunt slechts één paginastand voor je document gebruiken. Pages ondersteunt geen combinatie van staande en liggende pagina's in hetzelfde document.

  6. Ga in hetzelfde paneel naar de sectie Documentmarges en kies Aangrenzende-paginaweergave.

  7. Gebruik de margetabel om de marges aan te geven op basis van het aantal pagina's.

  8. Voer je marges voor Boven, Onder, Binnen en Buiten in op basis van het aantal pagina's van je boek. Stel Buiten in op minimaal 0,375 inch (9,6 mm) en Boven en Onder op 1,25 inch (3,2 mm) om rekening te houden met de overloop naar marges.


Margetabel

Raadpleeg deze tabel om de marges te bepalen:

Aantal pagina's Binnenmarges (rugwit) Buitenmarges (geen overloop naar marges) Buitenmarges (met overloop naar marges)
24 tot 150 pagina's 9,6 mm (0,375 inch) minimaal 6,4 mm (0,25 inch) minimaal 9,6 mm (0,375 inch)
151 tot 300 pagina's 12,7 mm (0,5 inch) minimaal 6,4 mm (0,25 inch) minimaal 9,6 mm (0,375 inch)
301 tot 500 pagina's 15,9 mm (0,625 inch) minimaal 6,4 mm (0,25 inch) minimaal 9,6 mm (0,375 inch)
501 tot 700 pagina's 19,1 mm (0,75 inch) minimaal 6,4 mm (0,25 inch) minimaal 9,6 mm (0,375 inch)
701 tot 828 pagina's 22,3 mm (0,875 inch) minimaal 6,4 mm (0,25 inch) minimaal 9,6 mm (0,375 inch)



Stap 2

Stijlen wijzigen voor een aangepast uiterlijk

Een normale stijl toevoegen

Als je alle hoofdtekst wilt selecteren die moet worden opgemaakt, plaats je de cursor vóór de titel van het eerste hoofdstuk en houd je de toetsen Shift + Cmd + pijl-omlaag ingedrukt totdat de cursor zich naar het einde van het document verplaatst.



  1. Met de hoofdtekst geselecteerd, selecteer je in de zijbalk Opmaak de stijl en klik je op de knop + om een stijl te maken. Noem de stijl Normaal.



  2. Selecteer je Lettertype en Lettergrootte in de opties. Stel bijvoorbeeld Lettergrootte in op 10 en selecteer het lettertype Garamond.

  3. Selecteer Tekst uitvullen onder Uitlijning.

  4. Onder Afstand stel je Voor alinea en Na alinea in op 0 en voor Afstand selecteer je Regels 1,25.

  5. Klik op het tabblad Lay-out. Voer onder Inspringingen 0,2 inch in in het veld Eerste.

  6. Klik in het stijlpreviewgedeelte op Bijwerken om deze instellingen in te stellen als opmaak voor alle hoofdtekst.


De stijl Kop 1 instellen

  1. Markeer de titel van hoofdstuk 1.
  2. Selecteer in de zijbalk Opmaak de stijl Kop.
  3. Selecteer je Lettertype, Lettergrootte en Kleur en stel de uitlijning in op Gecentreerd. Selecteer bijvoorbeeld zwart, Lucida Grande, Vet, 24 pt, Gecentreerd.
  4. Onder Afstand stel je Voor alinea en Na alinea in op 60 pt om de titel ongeveer een derde van de pagina te verlagen en deze te scheiden van de eerste alinea.
  5. Klik op Bijwerken in het venster Stijlen.



Stap 3

Hoofdstukken opmaken (sectie-einden en hoofdstuktitels)

Waarom deze stap ertoe doet:

  • Sectie-einden. Gebruik sectie-einder om ervoor te zorgen dat de content op de juiste pagina begint. Met sectie-einden kun je de opmaak van een specifieke sectie wijzigen zonder dat dat effect heeft op andere secties. Voeg een sectie-einde toe tussen het voorwerk en de hoofdtekst van het boek om onderscheid te maken tussen deze onderdelen van het boek. Gebruik ook sectie-einden zodat de titelpagina van elk hoofdstuk begint op een eigen pagina.
  • Hoofdstuktitels. Wanneer je elke hoofdstuktitelpagina opmaakt, pas je de stijl Kop 1 toe op elke hoofdstuktitel. Naast het consistente uiterlijk dat Kop 1 verschaft in je boek, labelt Kop 1 de hoofdstuktitel zodat deze wordt weergegeven in de inhoudsopgave, zoals uitgelegd in stap 9.


Sectie-einden toevoegen

  1. Plaats de cursor aan het einde van het voorwerk.
  2. Klik op de werkbalk of in het hoofdmenu op Invoegen en Sectie-einde
  3. Herhaal de voorgaande stap aan het einde van elk hoofdstuk.


Titelpagina's van hoofdstukken opmaken

  1. Markeer de titel van het eerste hoofdstuk.
  2. Klik onder Opmaak in het gedeelte Stijlen op de vervolgkeuzepijl en maak een stijl door op het pictogram + te klikken. Noem deze stijl Hoofdstuktitel.
  3. Selecteer je lettertype, lettergrootte, kleur, uitlijning enzovoort en klik op Bijwerken wanneer je klaar bent.
  4. Herhaal de voorgaande stappen voor elke hoofdstuktitel.



Stap 4

Voorwerk opmaken

Het voorwerk bestaat uit de secties die voor het eerste hoofdstuk komen. Sommige elementen worden verwacht en andere zijn optioneel, maar er is een standaardvolgorde. Meer informatie over voorwerkelementen.

Tip: naar rechts gerichte pagina's hebben oneven nummering in gedrukte boeken, omdat het eerste naar boven gerichte vel aan de rechterkant is van het gedrukte boek. De achterkant van de omslag is de naar links gerichte pagina.


Sectie-einden en lege pagina's toevoegen

Gebruik sectie-einden om indien nodig lege pagina's toe te voegen aan het voorwerk om ervoor te zorgen dat pagina's de juiste positie hebben. Een lege pagina met een sectie-einde invoegen:

  1. Plaats de cursor bovenaan de pagina die volgt op de nieuwe lege pagina.
  2. Klik op de werkbalk of in het hoofdmenu op Invoegen en Sectie-einde.
  3. Om een plaatsaanduidingspagina voor de inhoudsopgave te maken, voeg je direct voor Hoofdstuk 1 een naar rechts gerichte pagina toe en noem je die Inhoudsopgave.
  4. Voordat je begint met het toepassen van stijlen, zorg je ervoor dat je sectie-einden hebt toegevoegd tussen de pagina's van je voorwerk, zoals beschreven in stap 3.


Voorwerkpagina's opmaken

Franse pagina

  1. Markeer de titeltekst. Wijzig de uitlijning op het tabblad Stijl in Centreren.
  2. Selecteer in de groep Lettertype je Lettertype, Lettergrootte en Kleur. Selecteer bijvoorbeeld zwart, Lucida Grande, 32 pt, gecentreerd.
  3. Onder Afstand stel je Voor alinea in op 32 pt en Na alinea op 16 pt om de hoofdstuktitel ongeveer een derde van de pagina te verlagen en deze te scheiden van de eerste alinea.


Titelpagina

  1. Om de titel op te maken, herhaal je de stappen in de paragraaf Franse pagina met dezelfde keuzes voor lettertype, lettergrootte, kleur, uitlijning en afstand.

  2. Je kunt als volgt de subtitel opmaken:
    • Kies hetzelfde Lettertype als je titel en selecteer Cursief, een kleinere Lettergrootte (bijvoorbeeld: 24 pt) en gecentreerde uitlijning.
    • Onder Afstand stel je Voor alinea en Na alinea in op 16 pt.
  3. De naam van de auteur opmaken:
    • Kies hetzelfde Lettertype als je subtitel in een kleinere Lettergrootte (bijvoorbeeld: 16 pt) en gecentreerde uitlijning.
    • Onder Afstand stel je Voor alinea in op 16 pt en Na alinea op 0 pt.


Copyrightpagina

Markeer alle auteursrechtelijke content om de copyrightpagina op te maken. Selecteer Opmaak en kies onder Uitlijning de optie Centreren. Als je geen copyrightpagina hebt, kun je de volgende sjabloon gebruiken:

Copyright © 2018 Naam van auteur
Alle rechten voorbehouden.
ISBN-13:

Tip: Houd de toetsen Alt + C ingedrukt om het copyrightsymbool in te voegen. Als je een KDP-ISBN kiest, is het je ISBN-13. Als je een 10-cijferig ISBN hebt, wijzig je ISBN-13 naar ISBN.


Opdracht

  1. Om het dankwoord op te maken, pas je Kop 1 toe op de dankwoordtitel.
  2. Selecteer alle dankwoordcontent. Selecteer Centreren onder Uitlijning.


Inhoudsopgave

Je voegt de inhoudsopgave toe en maakt deze op in stap 9.


Voorwoord, dankwoord en proloogpagina's

  1. Pas Kop 1 toe op de titels van deze pagina's.
  2. Pas de stijl Normaal toe op de content van deze pagina's.
In stap 2 heb je Kop 1 gewijzigd voor alle hoofdstuktitels. Als je de stijl Kop 1 gebruikt, komt alles met het label Kop 1 ook in de inhoudsopgave terecht (stap 9). Gebruik Kop 1 voor voorwerkpagina's die je in je inhoudsopgave wilt.



Stap 5

Paginering toevoegen

Sommige boeken hebben afwijkende paginering voor het voorwerk (Romeinse cijfers) en de hoofdtekst van het boek (Arabische cijfers). Als je niet zeker weet of je verschillende pagineringsstijlen moet gebruiken (dit is niet gebruikelijk voor romans), kun je het best boeken zoeken die ongeveer dezelfde content als jouw boek hebben om een idee te krijgen van wat lezers verwachten. Voor verschillende pagineringsstijlen moet je sectie-einden gebruiken (zie stap 3).

  1. Klik op een pagina waarop je kop- en voetteksten wilt toevoegen.

  2. Beweeg de cursor over de bovenkant of onderkant van de pagina tot je de drie kop- of voettekstvelden ziet en klik vervolgens op één. Je kunt elke combinatie van velden gebruiken om je kop- of voettekst te maken.

    Tip: Als je de velden niet ziet, schakel je kop- en voetteksten in voor het document (klik op de knop Document in de werkbalk, klik op het tabblad Document boven aan de zijbalk en vink vervolgens de selectievakjes Kop- en voettekst aan).

  3. Klik op het pop-upmenu Paginanummer invoegen en kies de nummeringsstijl boven aan de lijst.



  4. Om de afstand in te stellen van de marges aan de boven- en onderkant van de pagina, ga je naar de Document-instellingen. Klik op de pijlen of typ waarden in de velden naast Boven en Onder (onder de selectievakjes Kop- en voettekst in de zijbalk).



  5. Klik op het tabblad Sectie boven aan de zijbalk en kies een van de volgende opties:
    • Verbergen op eerste pagina van sectie: Verberg de kop- of voettekst op de eerste pagina. Als het document meer dan één sectie bevat, is dit alleen van toepassing op de eerste pagina van deze sectie.
    • Afstemmen op vorige sectie: Gebruik dezelfde kop- en voetteksten voor de volgende sectie. Schakel dit selectievakje uit als je verschillende kop- en voetteksten wilt gebruiken voor deze sectie.
    • Paginanummeringsopmaak bijwerken als normale cijfers of Romeinse cijfers.
    • De linker- en rechterpagina's zijn verschillend: Als dit selectievakje is geselecteerd in een document met aangrenzende-paginaweergave, kunnen de kop- en voetteksten op de linker- en rechterpagina's afwijken. Zie stap 1 om Aangrenzende-paginaweergave in te stellen.

  6. Als je het lettertype, de lettergrootte, de kleur en de uitlijning van kop- en voettekst wilt wijzigen, selecteer je de tekst en gebruik je de knoppen in de zijbalk Opmaak.


Voettekst ontkoppelen tussen voorwerk en hoofdtekst van een boek

  1. Selecteer het paginanummer in de voettekst van het voorwerk vóór de hoofdtekst van het boek.
  2. Schakel op het tabblad Sectie het selectievakje Verbergen op eerste pagina van sectie uit onder Kop- en voetteksten.
Tip: Het verwijderen van paginanummers van bepaalde voorwerkpagina's gebeurt op dezelfde manier.


Problemen met paginanummering oplossen

Je zult misschien zien dat de paginering opnieuw start bij 1 aan het begin van een hoofdstuk of sectie.

Om dit op te lossen, markeer je het paginanummer op de pagina's die opnieuw worden gestart bij 1 en vink je het selectievakje Afstemmen op vorige sectie aan onder Kop- en voetteksten.





Stap 6

Koptekst toevoegen (geavanceerd)

Het afwisselen van koptekst tussen de boektitel en de naam van de auteur is een gangbare praktijk bij het ontwerpen van boeken. Om verschillende kopteksten van de boekcontent en het voorwerk te verkrijgen, moet je het bestand instellen met sectie-einden (zie stap 3).



Kopteksten toevoegen

  1. Klik op een pagina waaraan je een koptekst wilt toevoegen.
  2. Beweeg de cursor over de bovenkant van de pagina tot je de drie kop- of voettekstvelden ziet. Klik vervolgens op één. Je kunt elke combinatie van velden gebruiken om je kop- of voettekst te maken.
    Tip: Als je de velden niet ziet, schakel je kop- en voetteksten in voor het document (klik op de knop Document in de werkbalk, klik op het tabblad Document boven aan de zijbalk en vink vervolgens de selectievakjes Kop- en voettekst aan).
  3. Voer de koptekst in en maak de tekst op onder de stijlsectie.


Het verwijderen van kop- en voetteksten van hoofdstuktitelpagina's

Het is gebruikelijk dat hoofdstuktitelpagina's geen kopteksten bevatten. Je kunt ze als volgt verwijderen:

  1. Selecteer de hoofdstuktitelpagina waaruit je de koptekst wilt verwijderen.
  2. Klik op het tabblad Sectie op de vervolgkeuzelijst Nieuwe sectie maken en kies Begin met deze pagina.
  3. Op de volgende hoofdtekstpagina moet je de koptekst opnieuw bijwerken met een nieuwe kop of dezelfde kop als de vorige om verder te gaan.
Tip: het is mogelijk efficiënter om de taken uit te voeren voor elke hoofdstuktitelpagina (Kop 1, eerste alinea, decoratieve initiaal toepassen en het verwijderen van kop- en voetteksten) vóór de volgende hoofdstuktitelpagina. Dit wordt behandeld in stap 7.



Stap 7

Titelpagina's van hoofdstukken opmaken (geavanceerd)

Een decoratieve initiaal is een grote hoofdletter die als eerste letter van het eerste woord in een hoofdstuk wordt gebruikt. Een decoratieve initiaal geeft de titelpagina van je hoofdstuk een professionele look.

  1. Ga naar de hoofdstuktitelpagina waaraan je een decoratieve initiaal wilt toevoegen. Klik op de knop Tekst of Invoegen en vervolgens op Tekstvak.

  2. Typ de letter die je als decoratieve initiaal wilt gebruiken. Ons voorbeeld is de 'L'.

  3. Positioneer het tekstvak ergens aan het begin van de alinea. Zorg ervoor dat Tekstterugloop is ingesteld op Automatisch en dat Tekst passend maken is ingesteld op Terugloop rond de rechthoekige rand van het object. Stel de Afstand in op 0 pt.



  4. Werk de opmaak van je tekstvak bij zodat deze overeenkomt met de rest van de alinea, maar pas de lettergrootte aan tot het formaat van drie regels tekst.

  5. Ga door met het vergroten en verkleinen van het tekstvak tot er voldoende ruimte is voor de tekstterugloop en de lettergrootte correct is.



  6. Kopieer en plak het tekstvak op een andere nieuwe alinea waarvoor een decoratieve initiaal nodig is om dezelfde opmaak te behouden.



Stap 8

Afbeeldingen toevoegen (geavanceerd)

Deze stap laat zien hoe je afbeeldingen invoegt voor boeken met en zonder overloop naar marges. Hier kun je ook zien hoe je afbeeldingen kunt bewerken en opmaken. Voordat je afbeeldingen invoegt, controleer je of de afbeeldingen een hoge resolutie hebben.


Afbeeldingen invoegen voor boeken zonder overloop naar marges

  1. Ga naar het gebied waar je een afbeelding wilt toevoegen. Klik op Media en selecteer Kiezen... om je afbeelding te kiezen.

  2. Selecteer Rangschikken op het tabblad Opmaak en controleer of het selectievakje Proporties beperken is geselecteerd. Pas de Hoogte of Breedte naar wens aan met de numerieke velden of met de schakelaars aan de randen van de afbeelding.

  3. Stel de afbeeldingspositionering in om tekst eromheen terug te laten lopen. Zo kun je de positie van de afbeelding wijzigen op de pagina. Selecteer Automatisch onder de sectie Tekstterugloop in Rangschikken.

  4. Zorg ervoor dat de afbeelding zich binnen alle vier de marges bevindt. Je kunt rasterlijnen inschakelen om te zien waar je marges beginnen door naar het tabblad Weergave te gaan en te klikken op Lay-out weergeven. Je kunt het formaat van de afbeelding handmatig aanpassen en positioneren zodat deze zonder problemen aan deze gebieden wordt toegepast. Als de afbeelding zo vergroot is dat deze dicht bij de marges ligt, moet je gaan rekenen. Trek de binnen- en buitenmarges af van het afdrukformaat voor breedte en trek de boven- en onderkant af van het afdrukformaat voor hoogte. Het formaat van een afbeelding kan niet groter zijn dan:
    • Breedte afbeeldingsformaat (geen overloop naar marges) = afdrukformaat - binnenmarge - buitenmarge
    • Hoogte afbeeldingsformaat (geen overloop naar marges) = afdrukformaat - bovenmarge - ondermarge




Afbeeldingen invoegen voor boeken met overloop naar marges

  1. Als je de grootte van een afbeelding wilt aanpassen voor overloop naar marges, selecteer je op het tabblad Opmaak Rangschikken. Controleer of het selectievakje Proporties beperken is geselecteerd. Pas vervolgens de Hoogte of Breedte aan zodat de afbeelding overloopt naar de rand van de pagina.

  2. Stel de afbeeldingspositionering in om tekst eromheen terug te laten lopen. Zo kun je de positie van de afbeelding wijzigen op de pagina. Selecteer Automatisch onder de sectie Tekstterugloop in Rangschikken.

  3. Als je wilt dat de afbeelding overloopt van zijkant naar zijkant, pas je de breedte van de afbeelding aan aan de breedte van het afdrukformaat plus 3.2 mm (0,125 inch). Voor ons voorbeeldboek hebben we de afbeeldingsbreedte aangepast naar 15,54 cm (6,125 inch).

  4. Als je wilt dat je afbeelding doorloopt van boven naar beneden, stel je de hoogte van je afbeelding in op 6,35 mm (0,25 inch) plus de hoogte van het afdrukformaat van het boek. Voor een boek van 15,24 x 22,86 cm (6 x 9 inch) stel je de hoogte in op 23,46 cm (9,25 inch).



  5. Voordat je je inhoudsbestand naar KDP uploadt, zorg je ervoor dat je Overloop naar marges kiest in de KDP-paperbackopties op het tabblad Content van paperback in de sectie Afdrukopties.


Een stijl toepassen op een afbeelding

  1. Klik op de afbeelding om de tabbalk te openen. Selecteer Stijl.
  2. Kies uit bestaande voorinstellingen of maak je eigen stijl met Randen, Schaduw, Reflectie en Ondoorzichtigheid.
  3. Als je een bepaalde stijl wilt behouden, sla je deze op door op het pictogram + in de instellingen te klikken.



Stap 9

Een inhoudsopgave maken

Niet alle paperbacks hebben een inhoudsopgave. Als je niet zeker weet of je er een moet invoegen, kun je het best boeken zoeken die ongeveer dezelfde content als jouw boek hebben om een idee te krijgen van wat lezers verwachten. Als je ook je boek wilt publiceren in een digitaal formaat, bespaar je tijd door nu een inhoudsopgave te maken. Waarom? Omdat Amazon vereist dat alle Kindle e-books een inhoudsopgave hebben die het mogelijk maakt voor lezers om gemakkelijk van het ene hoofdstuk naar het andere te gaan.

  1. Ga naar je lege pagina (tijdelijke aanduiding voor inhoudsopgave).

  2. Klik op Invoegen, Inhoudsopgave en Document. Hierdoor wordt de inhoudsopgave automatisch gegenereerd.



  3. Vink de selectievakjes aan voor alle relevante alineastijlen die een nieuw hoofdstuk aangeven op het rechtertabblad. Bijvoorbeeld Hoofdstuktitel.



  4. Nadat alle juiste pagina's worden getoond in de inhoudsopgave, moet je de tekst opmaken zodat deze overeenkomt met je document en een titel toevoegen om aan te geven dat het de inhoudsopgave is.

Tip: De inhoudsopgave wordt automatisch bijgewerkt wanneer je doorgaat met het bewerken van het document.



Stap 10

Drukproef maken en exporteren naar PDF

Nu je opmaak is voltooid, wordt het tijd voor een laatste controle en voor het aanpassen van enkele instellingen om ervoor te zorgen dat je bestand werkt op de KDP-website. Je moet het volgende doen:

  • Controleer je manuscript met opmaaksymbolen (alineamarkeringen)
  • Schakel downsampling uit om ervoor te zorgen dat afbeeldingen de hoogste resolutie hebben
  • Exporteer (print) je bestand als PDF


Alineamarkeringen inschakelen

Klik in het hoofdmenu op Bekijken en vervolgens op Onzichtbare items weergeven.


Afbeeldingen downsamplen

Pages bevat standaard geen afbeeldingen met downsampling. Voordat je naar PDF afdrukt, moet je controleren of de afbeeldingen die je hebt geïmporteerd een hoge resolutie hebben om pixelvorming te voorkomen.


Afdrukken naar PDF

  1. Ga naar Bestand in het hoofdmenu en selecteer Afdrukken en PDF-bestand...
  2. Kies Opslaan als PDF in het vervolgkeuzemenu.
  3. Klik op Opslaan en sla het bestand op.



Er is een onverwachte fout opgetreden. Probeer het later nog eens.
Je sessie is verlopen

Meld je aan om door te gaan

Aanmelden
edit